Als eigenaar van een appartement binnen een Vereniging van Eigenaren (VvE) is het belangrijk om te weten waar je rekening mee moet houden bij de belastingaangifte.
Belastingaangifte als lid van een Vereniging van Eigenaren
Als lid van een Vereniging van Eigenaren (VvE) heeft jouw lidmaatschap invloed op je belastingaangifte. Zowel in Box 1 als in Box 3 zijn er verschillende aspecten waar je rekening mee moet houden.
Box 1
In Box 1 kan het bezit van een eigen woning gevolgen hebben voor zaken zoals renteaftrek en het huurwaardeforfait. De renteaftrek is van toepassing op de hypotheekrente die je betaalt voor je eigen woning. Dit kan leiden tot een verlaging van je belastbaar inkomen. Daarentegen geldt het huurwaardeforfait voor mensen die een eigen woning hebben, maar geen hypotheek hebben afgesloten. Het huurwaardeforfait is een bedrag dat bij je inkomen wordt opgeteld als een soort fictieve huur die je ontvangt voor je eigen woning.
Het huurwaardeforfait wordt bepaald aan de hand van de WOZ-waarde van je woning.
In sommige gevallen kan de Wet Hillen van toepassing zijn als er geen hypotheekschuld is. Dit houdt in dat je geen bijtelling voor het huurwaardeforfait hoeft te betalen. Deze wet is bedoeld om huizenbezitters te stimuleren om hun hypotheek volledig af te lossen.
Box3
In Box 3 moet je als lid van een VvE je aandeel in het reservefonds opgeven als vermogen.
Het reservefonds van de VvE, inclusief bankrekeningen en andere bezittingen, is gemeenschappelijk eigendom van alle appartementseigenaren. Dit betekent dat je als lid van de VvE ook mede-eigenaar bent van het reservefonds.
Het gaat dus om alle bezittingen en niet alleen om het reservefonds voor groot-onderhoud.
Dit kan belast worden met vermogensbelasting, tenzij je een monumentaal pand hebt. Het is dus belangrijk om het aandeel in het reservefonds goed te berekenen en op te geven bij de belastingaangifte.
Om het bedrag voor de aangifte te berekenen, moet je het totale vermogen van de VvE vaststellen aan de hand van de balans van de VvE. Het aandeel in het reservefonds moet worden gedeeld door het breukdeel van de betreffende appartementseigenaar, dat vermeld staat in de splitsingsakte. Het aandeel in het VvE reservefonds moet alleen worden opgegeven als het totale vermogen in box 3 boven het heffingsvrij vermogen uitkomt.
Conclusie
Bij de belastingaangifte als lid van een Vereniging van Eigenaren (VvE) is het belangrijk om op de hoogte te zijn van de regels en richtlijnen voor het opgeven van het aandeel in het reservefonds. Het reservefonds van de VvE moet als vermogen worden opgegeven in Box 3, samen met andere bezittingen.
Het bedrag van het reservefonds moet worden berekend aan de hand van de balans van de VvE en het breukdeel van de betreffende appartementseigenaar. Het aandeel in het VvE reservefonds moet alleen worden opgegeven als het totale vermogen in box 3 boven het heffingsvrij vermogen uitkomt.
Daarnaast kunnen er bij de belastingaangifte als lid van een VvE ook andere fiscale aspecten spelen, zoals de invloed van het lidmaatschap op de eigen woning in Box 1. Het is belangrijk om goed op de hoogte te zijn van de regels en eventuele aftrekposten voor de eigen woning. Raadpleeg altijd de Belastingdienst of een adviseur voor specifieke vragen en advies bij de belastingaangifte als lid van een VvE.